Column: ‘Agressie’ door Ds. Willemien Lammers
Dat was een lelijke verrassing, toen ik in de zomer van 2015 van vakantie terugkwam. Tijdens mijn afwezigheid had mijn huis nieuwe bewoners gekregen. Onuitgenodigd. Een familie wespen had het zich boven de keukendeur gemakkelijk gemaakt . En als ik ergens een hekel aan heb, dan aan wespen. Helemaal alleen aan mij ligt het niet. Ik ben als kind eens lelijk gestoken. Dus eigenlijk zijn zij begonnen. En wanneer ik nu een wesp zie of hoor, heb ik de neiging om onaangenaam agressief te worden. Zo ging het die zomer van 2015 ook. Van mijn liefde voor de natuur was helemaal niets meer merken. Van mijn afkeer van gif ook niet meer. Fluks heb ik de ongediertebestrijding gebeld. Die kwamen toen het regende. Want als het regent, zijn alle wespen thuis en kun je ze in één keer allemaal ombrengen. Bloeddorstig en moordzuchtig volgde ik de hele procedure. Medelijden met wespen? Ik niet!
Ik denk dat echt bijna iedereen wel iets heeft, wat je zó tegenstaat, dat je meteen bloed ziet. Dingen waardoor je heel agressief wordt, zo vanuit het niets. Voor mij zijn het wespen. En ik weet het best: wie een wesp ziet, doet er goed aan om stil te blijven zitten. Zo hebben ze mij al zo vaak gezegd. Ik geloof er niets van. Ik gil en mep van mij af. Ach, als ik eerlijk ben, dan is het heus niet zo dat wespen het altijd lelijk op mij voorzien hebben. Er is geen grote wespen-samenzwering. Die moordlustige agressie zit niet in de wespen. Die zit in mij. Dat is de donkere kant van mijn ziel, van mijn persoon. Die donkere kant hebben we allemaal. Vervelende gedachten. Slechte neigingen. Een zekere onbarmhartigheid. Irrationeel en instinctief reageren we soms op een manier die niets met normen en waarden te maken heeft. Paulus wist er ook al van meepraten. “Wat ik doe, doorzie ik niet, want ik doe niet wat ik wil, ik doe juist wat ik haat,” zo klaagde hij zijn leed in zijn brief aan de christenen in Rome. Je weet dat je zo niet moet reageren. Maar het gebeurt.
Dat kan nog wat worden in de komende winter. Want al die goede berichten van de regering vertrouw ik niet meer. Er komt echt nog wel het één en ander op ons af. De spanning en de zorgen om dat virus zijn nog niet weg. Dat maakt het slechtste in mijn wakker. Ik merk het nu al: als ik in de supermarkt ben, en naast me begint er iemand te niezen, dan werp ik dodelijke blikken. En om me heen zie ik mensen die net zo reageren. Instinctief, en agressief. Stress en zorgen doen dat met een mens. De empathie neemt af, de agressie neemt toe. Maar daar wordt de samenleving niet gezelliger van, natuurlijk. Ik haal nog maar eens diep adem en neem me voor: oefenen moet ik. Op die oude christelijke deugden. Zelfbeheersing. Geduld. Mildheid. Goedheid. En rustig blijven. Wens me sterkte.
Willemien Lammers