De Branding, Het Creiler Woud en Wegwijzer doen het prima, zegt de Onderwijsinspectie
HOLLANDS KROON – Drie basisscholen en schoolbestuur Kopwerk/Schooltij hebben van de Inspectie van het Onderwijs een dikke pluim gekregen. Het gaat om Het Creiler Woud in Kreileroord, De Wegwijzer in Middenmeer en De Branding in Den Oever.
Het Creiler Woud
De kleine dorpsschool Het Creiler Woud telt slechts 45 leerlingen. Dat gaan er ook niet veel meer worden want in Kreileroord wonen nu eenmaal niet meer kinderen. Toch doet de school alsóf er concurrerende scholen in de omgeving zijn en werkt het team dagelijks aan onderwijskwaliteit en zo legt de school de lat voor zichzelf hoog. De Inspectie van het Onderwijs complimenteerde onlangs deze houding, de kwaliteit is er ruim voldoende.
De populatie van de school is gemêleerd, veel kinderen hebben niet-Nederlandse ouders. Taalonderwijs is dus erg belangrijk op de school. Twee jaar geleden werd de school een integraal kindcentrum om kinderen al vanaf de peuterleeftijd te helpen met hun taalontwikkeling. Daarnaast biedt de school NT2-onderwijs aan voor kinderen die thuis niet of amper Nederlands spreken. “Daarvoor kwam via de gemeente Hollands Kroon extra geld vrij. We kunnen nu extra onderwijsassistenten inzetten bijvoorbeeld. Dat is heel fijn”, vertelt directeur Harry Toebes.
Volgens Toebes zit de kwaliteit van onderwijs vooral in de medewerkers. “Ik heb als directeur goud in handen met dit team. Ik leg bewust ook de verantwoordelijkheid laag in de organisatie. Nu ligt er bijvoorbeeld de vraag over een leerling van speciaal basisonderwijs die graag bij ons wil komen. Moet ik dat als directeur beslissen? Ik vraag het aan de leerkrachten of zij het wel of niet zien zitten. Samen bespreken we niet alleen wat we het liefste willen voor dit meisje, maar ook of we haar als school kunnen bieden, wat het beste voor haar is.”
In Nederland komt een zwakke onderwijskwaliteit relatief vaak voor bij kleine scholen. Hoge werkdruk en minder perspectief maken kleinere scholen kwetsbaar[1]. Op Het Creiler Woud zitten kinderen in gemixte groepen. “Wij werken met drie units. Eén voor de peuters, één voor groep 1 tot en met 3 en één voor de klassen daarboven. Kinderen leren van en met elkaar, sommige kinderen hebben een eigen leerlijn. Op unit 2, De midden- en bovenbouwgroepen, staan twee leerkrachten aangevuld met onderwijsassistenten en soms stagiaires. Dat werkt heel fijn.”
‘Goed’
De lat hoog leggen, is ingebed in de gehele organisatie van de school. De onderwijsinspectie beoordeelde de kwaliteit met een ruim voldoende. “De enige reden waarom het geen ‘goed’ was, is omdat we de vierjaarlijkse cyclus nog niet doorlopen hebben als team. Ik was een beetje teleurgesteld, maar mijn collega’s zeiden ‘dan hebben we iets om naar uit te kijken’. We blijven dus dagelijks werken aan kwaliteit omdat het in het belang is van de leerlingen. Zij verdienen het beste van het beste.”
Het Creiler Woud maakt onderdeel uit van Stichting Kopwerk. Het bestuur kreeg van de Inspectie van het Onderwijs op kwaliteitsonderdelen een ‘goed’. Het gaat dan vooral om kwaliteitszorg en kwaliteitscultuur. “Onderwijskwaliteit is bij ons topprioriteit’’, legt Jan Bot voorzitter van het College van Bestuur uit. “We willen dat onze 2.500 leerlingen zich optimaal kunnen ontwikkelen en daarvoor is goed onderwijs van groot belang. In onze strategisch koers hebben we Vijf Grote Doelen verwoord met elkaar. Niet voor niets staat onderwijskwaliteit op nummer 1. Dat is de basis van alles.”
De Wegwijzer
Het gebeurt niet vaak in Nederland, en dat maakt Wegwijzer-directeur Freek Steeman extra trots. ‘Zijn’ basisschool in Middenmeer heeft op alle door de Onderwijsinspectie onderzochte terreinen een goed gescoord. “De school vaart een duidelijke koers. Dat geeft rust en focus. Én een mooi resultaat!”
De aanpak van de Wegwijzer vraagt om lef, vindt Steeman. “Wij zeggen heel duidelijk ‘dit is wat wij doen’. En dat doen we goed. Het is hartstikke mooi als je dat terugkrijgt van de Onderwijsinspectie. Natuurlijk doen we vanuit onze maatschappelijke betrokkenheid mee met bepaalde ontwikkelingen. Maar we waaien niet met alle winden mee. Als kleine school hebben wij keuzes gemaakt.”
Parels
Dat vormt de basis van het succes van de Wegwijzer meent Steeman. “We hebben drie pijlers en vijf parels. Dat is waar we voor gaan. In het onderwijs moet je ervoor waken dat je overvoerd raakt. Dat gebeurt heel makkelijk als je elke dag drie nieuwe lesmethodes en net zoveel leuke projecten in je mail krijgt en ook nog eens tal van verhalen over fantastische experimenten op andere scholen hoort.”
De Wegwijzer, 85 leerlingen groot, doet daar niet aan mee. “Het is allemaal hartstikke leuk maar wij zijn een kleine school met maar een paar leerkrachten. Als die dat soort dingen er allemaal bij moeten doen gaat dat ten koste van andere, belangrijker, zaken.”
Plezier
Die belangrijker zaken heeft de Wegwijzer geborgd door te focussen op drie pijlers. De eerste is het pedagogisch klimaat. “Dus dat de kinderen met plezier naar school gaan en zich er veilig voelen. Dat is het fundament voor een goede ontwikkeling.” De tweede pijler is een zo hoog mogelijke opbrengst voor de kernvakken lezen, taal en rekenen. En de derde pijler is onderwijsvernieuwing. “Wat hebben kinderen nodig in deze tijd, is de centrale vraag daarbij. IPC (International Primary Curriculum) is ons antwoord daarop. Dat houdt in dat we vakgebieden thematisch en in samenhang aanbieden. Binnen de IPC-aanpak is er niet alleen veel aandacht voor kennis, maar ook voor vaardigheden als samenwerken en doorzetten als het even niet lukt.” Hiermee zet de school in op een zo breed mogelijke ontwikkeling van ieder kind.
Engels
IPC is een van de parels van De Wegwijzer. De andere parels zijn de kanjertraining, Engels van groep 1 tot en met 8, expliciete directe instructie en technisch leesonderwijs. “Op deze vijf onderdelen is de Wegwijzer écht goed en kunnen we een voorbeeld zijn voor andere scholen.”
Kleine scholen staan in Nederland nog steeds onder druk. En dat is zonde, vindt Steeman, want er wordt goed onderwijs gegeven. “Wij zijn namelijk niet de enige die een mooi rapport hebben gekregen. Er zijn inmiddels allerlei oplossingen gevonden voor de ‘nadelen’ van een kleine school. Zo hebben we de invalpool bemenst met sterke ervaren collega’s in plaats van net afgestudeerde collega’s. Je hebt sterke leerkrachten nodig als je een kwart of een derde van de schoolbezetting moet vervangen.”
Als je dat soort zaken goed organiseert, kun je op een kleine school juist kwalitatief goed onderwijs bieden, vindt Steeman. De noodzaak om onderwijs op maat te bieden en leerlingen zelfstandig te leren werken is op kleine scholen immers veel groter dan op een grote school. “En – nog een voordeel – op een kleine school kun je veel sneller veranderen en vernieuwen. De ontwikkelingen gaan hier echt sneller.”
De Wegwijzer maakt onderdeel uit van Stichting Kopwerk. Het bestuur kreeg van de Inspectie van het Onderwijs op kwaliteitsonderdelen een ‘goed’. Het gaat dan vooral om kwaliteitszorg en kwaliteitscultuur. “Onderwijskwaliteit is bij ons topprioriteit’’, legt Jan Bot voorzitter van het College van Bestuur uit. “We willen dat onze 2.500 leerlingen zich optimaal kunnen ontwikkelen en daarvoor is goed onderwijs van groot belang. In onze strategisch koers hebben we Vijf Grote Doelen verwoord met elkaar. Niet voor niets staat onderwijskwaliteit op nummer 1. Dat is de basis van alles.”
De Branding
Inspectie beoordeelt basisschool De Branding in Den Oever als ‘voldoende’, maar het schoolteam gaat voor excellent onderwijs. Directeur Erica Benard: “We bieden kindgericht onderwijs en we zien in de dagelijkse praktijk dat ze daar enorm van groeien. Dat is mooi om te zien.”
De Branding is een Daltonschool. Bernard: “Voor de Daltonvereniging ben ik visiteur en daarom bezoek ik regelmatig andere Daltonscholen. Sommige hebben een zelfwerkuurtje ingevoerd, maar wij gaan verder. Kinderen hebben volledige regie over hun werk. Op donderdag maken we met hen een nieuwe weektaak en vervolgens kunnen ze zelf aan de slag. Ze maken een planning en houden zich eraan. We geven de kinderen veel verantwoordelijkheid en we zien dat ze die verantwoordelijkheid pakken en aankunnen. Als het niet lukt, helpen we ze erbij.”
Het effect van deze manier van werken is bijzonder. Leerlingen gaan gemotiveerd naar school. “We krijgen vaak van het voortgezet onderwijs terug dat onze leerlingen het heel goed doen, omdat ze gewend zijn om zelfstandig te werken.”
Naast het Daltonconcept, is De Branding ook een Covey-school. De 7 levensgewoonten van Stephen Covey zijn ook heel goed toepasbaar in het onderwijs. Benard: “Proactiviteit is bijvoorbeeld een belangrijk begrip voor ons. Als kinderen hun werk niet doen, gaan we met ze het gesprek aan. We bespreken dan het verschil tussen proactief reageren en reactief reageren. Dat lijken hele volwassen thema’s, maar wij zien kinderen ook als kleine volwassenen. Ze maken hun eigen keuzes.”
De Inspectie van het Onderwijs is tevreden over de onderwijskwaliteit op De Branding. De leerlingenkaart – een systeem waarbij ouders en leerlingen inzage hebben in de vorderingen van het kind en op welk niveau een kind kan uitstromen – was bij het bezoek nog in ontwikkeling. Nu is het systeem af. “We werken er hard aan om elke dag goed onderwijs te geven, onze leerlingen profiteren daarvan.”