Ingezonden brief: Sociaal domein
Het functioneren van het sociaal domein in de gemeente Hollands Kroon, reactie op de brief van wethouder Van Gent van 19 mei 2017
Van wethouder Mary van Gent hoort de gemeenteraad alleen jubelverhalen over het functioneren van het sociaal domein en over de samenwerking met Incluzio. Vanuit de samenleving bereiken ons echter regelmatig andere berichten. Vandaar dat GroenLinks, PvdA en ChristenUnie gezamenlijk besloten om een kwalitatief onderzoek (geen enquête) te doen onder de ketenpartners, de zorgorganisaties die samenwerken met Incluzio, naar het functioneren van het sociaal domein. Wij zijn met hen in gesprek gegaan, we hebben hen vragen gesteld en hun ervaringen besproken. Wij hebben met een positieve insteek geluisterd naar de bevindingen van verschillende ketenpartners en hopen dat er iets gedaan wordt met de resultaten van ons onderzoek.
Op 11 mei werd tijdens een beeldvormende vergadering de samenwerking met Incluzio geëvalueerd. Enkele ketenpartners waren uitgenodigd. Tot onze verbazing was de WMO adviesraad, het belangrijkste adviesorgaan van het college op het gebied van de WMO, in eerste instantie overgeslagen. Dit is op zijn zachtst gezegd merkwaardig, want juist zij zijn uitstekend op de hoogte van het reilen en zeilen in het sociaal domein. De directeur van Incluzio hield een enthousiast verhaal over de samenwerking tussen het bedrijf en de gemeente in het afgelopen jaar.
PvdA, GroenLinks en ChristenUnie boden het verslag van hun onderzoek met een mondelinge toelichting aan de wethouder aan. Ondanks de zeker ook positieve ervaringen hebben de ketenpartners waarmee door de drie fracties is gesproken, flink wat minder positieve op- en aanmerkingen. Eén van de geïnterviewde ketenpartners zei bijvoorbeeld dat “de casus Hollands Kroon” landelijk op de voet wordt gevolgd, dat er grote bedenkingen zijn bij hoe Hollands Kroon de zorg heeft geregeld en dat het wachten is op het moment dat het fout gaat.
De opmerkingen van de voorzitter van de WMO-adviesraad komen in grote lijnen overeen met onze bevindingen. Hij vertelde over zijn ervaringen met de gemeente, Incluzio en cliënten. Zijn kritiek was hard, hetgeen hem niet in dank werd afgenomen. Reacties van raadsleden: “Dat is ook maar een mening!”, “Kunt u dat bewijzen?”, “U bent wel érg negatief, zeg!” Ook de wethouder reageerde niet inhoudelijk op het onderzoek van de drie fracties. Duidelijk bleek dat wethouder, gemeenteraad en ook Incluzio geen kritiek hadden verwacht.
Op 19 mei kwam de schriftelijke reactie van het college op ons onderzoeksverslag. De wethouder zegt blij te zijn met ons initiatief, maar doet vervolgens haar best het onderzoek te weerleggen, c.q. onderuit te halen. Op een groot deel van het verslag gaat zij in het geheel niet in. Zij vraagt geen nadere toelichting, terwijl zij kan weten dat wij over meer gegevens beschikken dan er in het verslag staan. Zij nodigt ons niet uit voor een gesprek, nee, het wordt afgedaan met een brief. De reactie van de wethouder is teleurstellend; zij lijkt het onderzoek niet serieus te nemen. Als je je ogen sluit, dan zie je niets, denken wij dan. Jammer, een gemiste kans.
Het verslag is een weergave van onze gesprekken met ketenpartners over hun ervaringen. Ons onderzoek was kwalitatief, het was geen enquête. Dat laat zich niet uitdrukken in percentages. Uit de reactie van de wethouder blijkt dat zij het verschil niet kent tussen een kwalitatief en een kwantitatief onderzoek.
Zij vindt ook dat er in ons verslag bevindingen staan die “niet juist” zijn of die “niet stroken met haar bevindingen”. Uit onze gesprekken met de ketenpartners komt inderdaad een heel ander beeld naar voren dan wat wij normaliter door de wethouder krijgen voorgespiegeld. Zij zegt het “niet gepast en ook onterecht” te vinden dat wij Incluzio “betichten” van puur winstbejag boven de zorg voor onze inwoners. Dat doen wij niet, ook al is het natuurlijk niet ongepast om te denken dat een marktpartij winst wil maken. Incluzio is nu eenmaal geen liefdadigheidsinstelling. “De indruk die u heeft over het persoonsgebonden budget (PGB) is verkeerd,” vindt de wethouder.
Wat er in ons verslag staat is niet onze mening, niet juist of onjuist, niet verkeerd, niet ongepast en onterecht, maar een weergave van wat ketenpartners ons hebben verteld over hoe zij de samenwerking met de gemeente en met Incluzio ervaren. Het is geen aanval, het is een weerslag van hun praktijkervaring. Als wethouder kun je dergelijke kritiek maar beter serieus nemen. Door het te ontkennen en weg te wimpelen is het niet verdwenen. Je kunt er ook iets van leren.
Kortom, een teleurstellende reactie. Wat ons bijzonder bevreemdt is dat er, terwijl het jaarverslag van een marktpartij kritiekloos wordt omarmd, verwoede pogingen worden ondernomen om een belangeloos onderzoek van wel drie bezorgde raadsfracties onderuit te halen.
Sylvia Buczynski, fractievoorzitter Partij van de Arbeid
Jan Eichhorn, fractievoorzitter GroenLinks
Johan Paul de Groot, fractievoorzitter ChristenUnie
8 juni 2017